28 Grondslagen voor het opstellen van de vennootschappelijke jaarrekening

Algemeen

De vennootschappelijke jaarrekening van de vennootschap wordt opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de door artikel 2:362 lid 8 BW geboden mogelijkheid om in de vennootschappelijke jaarrekening de grondslagen van waardering en resultaatbepaling (waaronder begrepen de grondslagen voor presentatie van financiële instrumenten als eigen of vreemd vermogen) toe te passen die in de geconsolideerde jaarrekening worden gehanteerd. Verwezen wordt naar de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening. Onder toepassing van artikel 402, Titel 9 Boek 2 BW is in de vennootschappelijke jaarrekening een beknopte winst- en verliesrekening opgenomen.

Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling voor de vennootschappelijke jaarrekening zijn gelijk aan die voor de geconsolideerde jaarrekening. Voor zover in de toelichting op de vennootschappelijke jaarrekening geen nadere grondslagen zijn vermeld, wordt verwezen naar de vermelde grondslagen bij de geconsolideerde jaarrekening.

Deelnemingen

Deelnemingen in groepsmaatschappijen en andere entiteiten waarin de vennootschap zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft, worden initieel en op balansdata gewaardeerd op de netto vermogenswaarde. De waarde van deze deelnemingen wordt aangepast met het aandeel van de vennootschap in de resultaten van de deelneming, gebaseerd op de grondslagen van bepaling van het resultaat zoals toegepast in de geconsolideerde jaarrekening en met het aandeel in de overige mutaties in het eigen vermogen van de deelneming die na de overnamedatum aan de vennootschap toerekenbaar zijn. De netto vermogenswaarde wordt bepaald door de activa, voorzieningen, verplichtingen en resultaat te waarderen op basis van de grondslagen die worden gehanteerd in de geconsolideerde jaarrekening.